Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - Z

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (716) B (1126) C (201) D (3950) E (1470) F (203) G (922) H (2237) I (1322) J (284) K (770) L (466) M (718) N (389) O (807) P (524) Q (2) R (393) S (1101) T (1086) U (194) V (1259) W (1135) X (3) Y (88) Z (928)
Dutch Recording English Learn
ziekenzaal
infirmary
ziekmelding
sick report
ziekte
disease
ziektebeelden
pathologies
ziekteverzuim
absence through illness
Ziekteverzuim stijgt al jaren in ons land.
Absenteeism due to illness has been increasing in our country for years.
ziel
soul
zielig
pathetic
zieltogend
dying; agonizing
zien
see (plural)
zien
to see
ziens
see (old form)
ziet
sees (2nd and 3rd person singular)
ziet
looks (part 1)
Ziet de auto er oud uit?
Did the car look old?
ziet eruit
looks
zij
side
zij
they
zij
she
Zij beoefent waarzeggerij met tarotkaarten.
She practices divination with tarot cards.
Zij bewaarde de brieven jarenlang.
She kept the letters for years.
Zij bouwt bruggen.
She builds bridges.
Zij danste met genade.
She danced with grace.
Zij draagt een bril.
She wears glasses.
Zij drinkt koffie.
She drinks coffee.
Zij eisten een vergoeding.
They demanded compensation.
Zij gebruikten vroeger een kerfstok om de voorraad bij te houden.
They used to use a tally stick to keep track of the stock.
Zij ging op een trede van het bordes op de binnenplaats zitten.
She sat down on a step from the landing in the courtyard.
Zij haalde er een uit!
She took one out!
zij had immers geen enkel doosje lucifers verkocht en bracht geen cent mee
she hadn’t sold even one matchbox and she hadn’t brought a single penny
Zij had prachtige foto’s getrokken van de dieren in de dierentuin.
She had taken beautiful pictures of the animals in the zoo.
zij hebben
they have
Zij hebben een schildpad.
They have a tortoise.
Zij hebben zich uit de naad gewerkt om de presentatie te verbeteren.
They worked hard to improve the presentation.
Zij heeft een auto, maar ik niet.
She has a car, but I don’t.
Zij heeft een deugdelijke reden om afwezig te zijn.
She has a valid reason to be absent.