Dutch-English Dictionary - H

0 (2) 1 (18) 2 (9) A (789) B (1214) C (215) D (4269) E (1729) F (213) G (984) H (2523) I (1521) J (318) K (817) L (493) M (805) N (441) O (885) P (551) Q (2) R (431) S (1191) T (1167) U (214) V (1393) W (1277) X (3) Y (88) Z (1070)

Dutch	English	Learn
het zonnestelsel	the solar system	Learn
Het zou al blij geweest zijn als de eenden hem maar in haar midden geduld hadden	He already would have been happy if the ducks would have accepted him around them	Learn
Het zou vandaag niet moeten regenen.	It shouldn’t rain today.	Learn
Het zou voorbarig zijn om nu al een datum voor de bruiloft vast te leggen.	It would be premature to set a date for the wedding right now.	Learn
het zout	the salt	Learn
het zuiden	the south	Learn
het zuurdeeg	the yeast	Learn
het zwaard	the sword	Learn
het zwembad	the swimming pool	Learn
het zwom in het water, het dook met zijn kopje onder, maar door alle dieren werd het om zijn lelijkheid met minachting bejegend	it swam in the water, dived under with his head, but was treated with contempt by all other animals, because of its ugly appearance.	Learn
heten	to be called	Learn
heter	hotter	Learn
heterdaad	red-handed	Learn
hetgeen	which	Learn
hetzelfde	the same	Learn
hetzelfde moment	the same time	Learn
heugelijke	happy	Learn
heus	really	Learn
Heus, ik meen het.	Really, I mean it.	Learn
heuvel	hill	Learn
heuvel	mound	Learn
heuvelachtigheid	hilliness	Learn
heuvels	hills	Learn
hevig	intense	Learn
hevige	violent	Learn
hield	kept (singular)	Learn
hield (hield aan)	continued (separable verb)	Learn
hielden	held on (part 1, 3rd person plural)
hielden	held (plural)	Learn
hielden stand	held out	Learn
hielden vast	held on	Learn
hielp	helped	Learn
hier	here	Learn
Hier dichtbij in een ander moeras zijn enige aardige wilde ganzen, allemaal dames, die evenals jij “kwak!” kunnen zeggen.	Near here in another swamp are some nice wild geese, all ladies, who, like you, can say “quack!”.	Learn
Hier geef ik om.	I care about this.	Learn
hier in de buurt?	near here?	Learn