Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
User account menu
Show — User account menu
Hide — User account menu
Log in
Understand spoken Dutch
Search
Search
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Dictionary
Dutch-English Dictionary - H
Primary tabs
English-Dutch
Dutch-English
Dialogues
0
(1)
1
(9)
2
(3)
A
(716)
B
(1126)
C
(201)
D
(3950)
E
(1470)
F
(203)
G
(922)
H
(2237)
I
(1322)
J
(284)
K
(770)
L
(466)
M
(718)
N
(389)
O
(807)
P
(524)
Q
(2)
R
(393)
S
(1101)
T
(1086)
U
(194)
V
(1259)
W
(1135)
X
(3)
Y
(88)
Z
(928)
Dutch
Recording
English
Learn
Hij maakte zijn huiswerk op het valreep af.
He finished his homework at the last minute.
Learn
hij meer geluid maakte dan verstandig was
he made more noise than was wise
Learn
hij moest
he had to
Learn
Hij moest diep inademen voordat hij sprak.
He had to take a deep breath before he spoke.
Learn
Hij moest eigenlijk een kever in een knoop veranderen
He actually had to turn a beetle into a button.
Learn
Hij moest zo vreselijk lachen dat hij zich nauwelijks kon verroeren.
He laughed so much that he could hardly move.
Learn
hij moet
he must
Learn
Hij moet de auto wegslepen.
He needs to tow the car away.
Learn
Hij moet zich bewust zijn van het gevaar.
He must be aware of the danger.
Learn
hij nadert
he is approaching
Learn
Hij nam een krijtje en schreef op het bord.
He took a piece of chalk and wrote on the board.
Learn
Hij nam zijn boeken bij elkaar.
He gathered his books together.
Learn
Hij neemt vrijwel nooit een douche.
He hardly ever takes a shower.
Learn
Hij onderbrak de spreker telkens met vragen.
He interrupted the speaker with frequent questions.
Learn
Hij ondermijnt het vertrouwen van zijn collega’s.
He is undermining his colleagues’ trust.
Learn
Hij ontving een toekenning voor zijn prestaties.
He received an award for his achievements.
Learn
Hij ontving een vergoeding.
He received compensation.
Learn
Hij oogde neerslachtig.
He looked depressed.
Learn
Hij probeerde al vijf verschillende haargroeimiddelen, maar zonder baat.
He already tried five different hair-growing supplements to no avail.
Learn
Hij probeerde de bal te treffen.
He tried to hit the ball.
Learn
Hij profiteerde van mijn onwetendheid en bedroog me.
He took advantage of my ignorance and deceived me.
Learn
Hij reageerde op de kritiek met een minzaam glimlachje.
He responded to the criticism with a gentle smile.
Learn
Hij rende naar de keuken en voelde zijn maag driemaal omkeren.
He ran to the kitchen and felt his stomach turn three times.
Learn
Hij respecteert zijn ambtgenoot enorm.
He respects his colleague greatly.
Learn
Hij roerde de thee goed.
He stirred the tea well.
Learn
Hij schreef een brief.
He wrote a letter.
Learn
Hij schrijft zijn mislukkingen vaak toe aan pech.
He often attributes his failures to bad luck.
Learn
Hij schudt zijn hoofd.
He’s shaking his head.
Learn
Hij schuifelde naar de deur en keek voorzichtig naar buiten.
He shuffled to the door and cautiously looked outside.
Learn
Hij slaakte een kreetje van verrukking toen hij hen zag.
He let out a cry of delight when he saw them.
Learn
Hij sneed zijn huid open.
He cut open his skin.
Learn
Hij snurkt.
He snores.
Learn
Hij speelde Hamlet op het toneel.
He played Hamlet on stage.
Learn
Hij speelt trombone.
He plays the trombone.
Learn
Hij spot altijd met de anderen.
He always makes a fool of others.
Learn
Hij sprak met rust en genade.
He spoke with calm and grace.
Learn
Pagination
First page
« First
Previous page
‹ Previous
…
Page
45
Page
46
Page
47
Page
48
Current page
49
Page
50
Page
51
Page
52
Page
53
…
Next page
Next ›
Last page
Last »