“Nu, dat is ook een heel plezier!” zei de kip.
“Nu begint het mij haast te vervelen!” en zij ging er weer op zitten.
“Nee, het is geen kalkoen,” dacht de oude eend; “kijk eens, hoe ferm hij met zijn poten slaat en hoe recht hij zich weet te houden!”
“Nee ik heb ze nog niet allemaal; het grootste ei ligt daar nog; hoe lang zal het nog wel duren, eer dat uitkomt?”
“Nee ik heb ze nog niet allemaal; het grootste ei ligt daar nog; hoe lang zal het nog wel duren, eer dat uitkomt? Nu begint het mij haast te vervelen!” en zij ging er weer op zitten.
«Nu, dat zullen we wel eens te weten komen!» dacht de oude koningin.
«Nu sterft er iemand!»
nuttige zinswendingen
nuttige
nuttig
nutteloos
nut
nummer
nul
nuchter
Nu, dat zullen we wel eens te weten komen!
Nu, daar zullen we wel gauw achter komen; in het water moet het, al zou ik het er ook zelf induwen.
nu, daar zullen we wel gauw achter komen
Nu sterft er iemand! (paragraaf)
Nu reisde hij de hele wereld rond, om zo één te vinden, maar aan allen, die hij zag, ontbrak wat.
Nu nam de prins haar tot vrouw; want nu wist hij, dat hij een echte prinses bezat, en de erwt kwam in het kabinet van zeldzaamheden, waarin zij nog te zien is, als niemand haar ten minste gestolen heeft.
Nu merkten zij, dat zij een echte prinses was, omdat zij door de twintig matrassen en de twintig donzen bedden heen de erwt gevoeld had.
Nu liep het weg en vloog over de schutting.
Nu kwam de herfst
Nu kon het eendje opeens zijn vleugels uitslaan.
Nu klapte hij met zijn vleugels, richtte zijn slanke hals op en jubelde van ganser harte
Nu kan ik eendeneieren krijgen.
Nu gevoelde het zich geheel beschaamd en stak zijn kop onder zijn vleugels
Nu erkende het eerst recht zijn geluk en de heerlijkheid, die hem omringde.
Nu bemerkte het, dat de deur uit het ene scharnier geraakt was en zo scheef hing, dat het door de reet in de kamer kon sluipen, en dit deed het dan ook.
nu
november
nou
notulen
notitieboek