Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - I

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1356) B (616) C (991) D (685) E (434) F (568) G (334) H (820) I (1381) J (102) K (66) L (425) M (587) N (315) O (329) P (728) Q (29) R (435) S (1482) T (5919) U (124) V (115) W (856) Y (302) Z (13)
English Dutch Recording Learn
I usually take a bath before going to bed.

Meestal neem ik een bad vooraleer ik ga slapen.

I waited for Tom for three hours, but he never showed up.

Ik heb drie uur op Tom gewacht maar hij liet zich niet zien.

I want a can of tomatoes.

Ik wil een blik tomaten.

I want a dish containing bread.

Ik wil een gerecht met brood.

I want a dish containing chicken.

Ik wil een gerecht met kip.

I want a dish containing eggs.

Ik wil een gerecht met eieren.

I want a dish with beef.

Ik wil een gerecht met rundsvlees.

I want a dish with fish.

Ik wil een gerecht met vis.

I want a dish with ham.

Ik wil een gerecht met ham.

I want access to my invoices.

Ik wil toegang tot mijn facturen.

I want my key back.

Ik wil mijn sleutel terug.

I want to be a cat.

Ik wil een kat zijn.

I want to be here.

Ik wil hier zijn.

I want to buy this dictionary.

Ik wil dit woordenboek kopen.

I want to check out.

Ik wil vertrekken.

I want to drink some water.

Ik wil water drinken.

I want to emphasize again

ik wil nog eens beklemtonen

I want to encourage my friend to go and exercise.

Ik wil mijn vriend aanmoedigen om te gaan sporten.

I want to enjoy it.

Ik wil ervan genieten.

I want to go there once more.

Ik wil daar nog een keer heen.

I want to know who paid for this.

Ik wil weten wie hiervoor betaald heeft.

I want to make love.

Ik wil vrijen.

I want to marry a virgin.

Ik wil graag met een maagd trouwen.

I want to rent a car.

Ik wil een auto huren.

I want to say I’m sorry.

Ik wil zeggen dat het me spijt.

I want to sell my farm.

Ik wil mijn boerderij verkopen.

I want to serve my country.

Ik wil mijn land dienen.

I want to stay here.

Ik wil hier blijven.

I want to stay.

Ik wil blijven.

I want to talk to a lawyer.

Ik wil een advocaat spreken.

I want to talk to the American consulate.

Ik wil met het Amerikaanse consulaat spreken.

I want to talk to the Australian embassy.

Ik wil met de Australische ambassade spreken.

I want to talk to the British embassy.

Ik wil met de Britse ambassade spreken.

I want to talk to the Canadian consulate.

Ik wil met het Canadese consulaat spreken.

I want to talk to you before you leave.

Ik wil u spreken voordat u weggaat.

I want to thank you for what you did for Tom.

Ik wil jullie graag bedanken voor hetgeen jullie voor Tom hebben gedaan.