Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - A

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1329) B (608) C (972) D (665) E (429) F (561) G (331) H (802) I (1355) J (100) K (63) L (418) M (577) N (312) O (327) P (716) Q (29) R (427) S (1451) T (5852) U (121) V (114) W (840) Y (297) Z (12)
English Dutch Recording Learn
an emotional speech

een emotioneel betoog

an encore

een bisnummer

an era

een tijdperk

An error may occur during installation.

Een fout kan optreden tijdens de installatie.

an escalator

een roltrap

an estimation

een inschatting

an eternal thorn

een eeuwige doorn

an even more unpleasant smile

een nog onaangenamere glimlach

an exhaust valve

een uitlaatklep

an existing fact

een bestaand feit

an expensive car

een dure auto

an expensive house

een duur huis

an expensive laptop

een dure laptop

An expert is speaking.

Er is een deskundige aan het woord.

an extra asset

een extra troef

an extra role play

een extra rollenspel

an extra-secure safe

een extra beveiligde kluis

an important lever

een belangrijke hefboom

an impressive party

een indrukwekkend feestje

an incantation

een bezwering

an inclusive policy

een inclusief beleid

an increase

een verhoging

an increase in tinnitus

een toename van oorsuizen

an indispensable link

een onmisbare schakel

an institution

een instelling

an instructive and interesting day

een leerrijke en boeiende dag

an interpreter

een tolk

an invitation

een uitnodiging

an island

een eiland

an odd, twisted smile

een eigenaardige, verwrongen glimlach

an offensive cartoon

een aanstootgevende cartoon

an official warning

een officiële waarschuwing

an old duck

een oude eend

an old farm

een oude boerderij

an old lady

een oude dame

an old table

een oude tafel