Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - W

1 (9) 2 (3) A (725) B (1137) C (203) D (4001) E (1488) F (204) G (926) H (2283) I (1327) J (285) K (778) L (467) M (720) N (393) O (817) P (530) Q (2) R (398) S (1118) T (1104) U (194) V (1273) W (1140) X (3) Y (88) Z (945)
Dutch Recording English Learn
Wij bouwen huizen.
We build houses.
Wij gaan ook wenen.
We are also going to cry.
wij gingen
we went
wij hadden ook een huis-elf hadden, om de was te strijken
we also had a house-elf to iron the laundry
wij halen je hutkoffer
we will get your trunk
wij hebben
we have
Wij hebben aangedrongen op een antwoord.
We insisted on an answer.
Wij hebben een antwoord nodig.
We need a response.
Wij hebben geen water.
We have no water.
Wij hebben goede wijken.
We have good neighborhoods.
wij hebben overal gezocht
we have searched everywhere
Wij hebben spoedoverleg gepland.
We have scheduled an emergency meeting.
wij keken
we watched
Wij leren een taal.
We are learning a language.
wij liepen
we ran
Wij moeten slapen.
We need to sleep.
Wij naderen een gevaarlijke situatie.
We are approaching a dangerous situation.
wij schonken daar toen niet de juiste aandacht aan
we didn’t give it the proper attention then
wij studeren
we study
Wij vertrekken binnenkort.
We are leaving soon.
Wij vertrouwen geen vreemdelingen.
We don’t trust strangers.
Wij voeren koffie in uit Brazilië.
We import coffee from Brazil.
wij waren
we were
Wij willen dan ook zo snel mogelijk aan tafel om een sterke coalitie te smeden.
We therefore want to get around the table as quickly as possible in order to forge a strong coalition.
Wij willen de slaapkamer renoveren.
We want to renovate the bedroom.
wij wisten niet
we didn’t know
Wij zagen een prachtige koets in het museum.
We saw a beautiful carriage in the museum.
Wij zaten op de bank.
We were sitting on the couch.
wij zijn
we are
Wij zijn aangetreden.
We have taken office.
wij zijn heus niet stom
we are not stupid
Wij zijn hier.
We are here.
Wij zijn met vlag en wimpel de grootste partij van het land.
We are by far the largest party in the country.
Wij zijn op het politiebureau.
We are at the police station.
Wij zijn op school.
We are at school.
Wij zijn vrienden.
We are friends.