Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - W

0 (2) 1 (14) 2 (7) 3 (1) 4 (1) 6 (1) 7 (1) 8 (1) 9 (1) A (2026) B (727) C (1219) D (845) E (534) F (727) G (435) H (1113) I (1964) J (124) K (81) L (512) M (731) N (374) O (436) P (878) Q (33) R (524) S (1831) T (7067) U (159) V (128) W (1195) X (4) Y (377) Z (20)
English Dutch Recording Learn
We are finally free. We zijn eindelijk vrij.
We are friends. Wij zijn vrienden.
We are going to die. We gaan sterven.
We are here. Wij zijn hier.
we are honest we zijn eerlijk
we are hot we zijn heet
We are in the house. Wij zijn in het huis.
We are learning a language. Wij leren een taal.
We are leaving soon. Wij vertrekken binnenkort.
We are lost. We zijn verdwaald.
We are nearing the end. We naderen het einde.
We are not allowed to join today. We mogen niet aanschuiven vandaag.
We are not made of sugar. We zijn niet van suiker gemaakt.
we are not stupid wij zijn heus niet stom
We are prisoners in our own country. We zijn gevangenen in ons eigen land.
We are thinking of buying some new furniture. We overwegen nieuwe meubels te kopen.
We are under his command. We staan onder zijn bevel.
we are wise we zijn verstandig
We ate apples. We aten appels.
We ate sandwiches for breakfast. We aten sandwichen als ontbijt.
We build houses. Wij bouwen huizen.
We can all benefit from his experience. We kunnen allen bij zijn ervaringen baat hebben.
We can change. We kunnen veranderen.
We can go shopping later. We kunnen later gaan winkelen.
We can see many stars tonight. We kunnen veel sterren zien deze nacht.
We can’t fail again. We kunnen niet weer falen.
We can’t find Tom. We kunnen Tom niet vinden.
We can’t lose him. We mogen hem niet kwijtraken.
We concede your right to this property. We erkennen je recht op dit eigendom.
We couldn’t be more excited. We konden niet meer opgetogen zijn.
We did everything together. We deden alles samen.
We didn’t do anything wrong. We hebben niets verkeerd gedaan.
We didn’t find anything to eat. We hebben niets gevonden om te eten.
we didn’t give it the proper attention then wij schonken daar toen niet de juiste aandacht aan
we didn’t know wij wisten niet
We didn’t know which bus to take. We wisten niet welke bus we moesten nemen.