Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - W

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1304) B (600) C (964) D (659) E (426) F (556) G (330) H (794) I (1337) J (100) K (61) L (414) M (571) N (310) O (323) P (709) Q (29) R (422) S (1433) T (5815) U (121) V (111) W (824) Y (296) Z (12)
English Dutch Recording Learn
We are lost.

We zijn verdwaald.

We are not made of sugar.

We zijn niet van suiker gemaakt.

we are not stupid

wij zijn heus niet stom

We are prisoners in our own country.

We zijn gevangenen in ons eigen land.

We are under his command.

We staan onder zijn bevel.

we are wise

we zijn verstandig

We ate apples.

We aten appels.

We ate sandwiches for breakfast.

We aten sandwichen als ontbijt.

We build houses.

Wij bouwen huizen.

We can all benefit from his experience.

We kunnen allen bij zijn ervaringen baat hebben.

We can change.

We kunnen veranderen.

We can go shopping later.

We kunnen later gaan winkelen.

We can see many stars tonight.

We kunnen veel sterren zien deze nacht.

We can't fail again.

We kunnen niet weer falen.

We can’t find Tom.

We kunnen Tom niet vinden.

We can’t lose him.

We mogen hem niet kwijtraken.

We concede your right to this property.

We erkennen je recht op dit eigendom.

We did everything together.

We deden alles samen.

We didn’t do anything wrong.

We hebben niets verkeerd gedaan.

We didn’t find anything to eat.

We hebben niets gevonden om te eten.

we didn’t give it the proper attention then

wij schonken daar toen niet de juiste aandacht aan

we didn’t know

wij wisten niet

We didn’t know which bus to take.

We wisten niet welke bus we moesten nemen.

we do not know all the characteristics of the virus

we niet alle eigenschappen van het virus kennen

We don’t have time to argue.

We hebben geen tijd om te discussiëren.

We don’t know anything about Istanbul.

We weten niets over Istanboel.

We don’t need any more problems.

We hebben geen behoefte aan nog meer problemen.

We don’t trust strangers.

Wij vertrouwen geen vreemdelingen.

We don’t understand you?

Begrijpen wij je niet?

We eat a lot of pasta.

We eten veel pasta.

We even have colour television.

We hebben zelfs kleurentelevisie.

We expect a commitment.

We verwachten een toezegging.

We feel very safe here.

We voelen ons hier erg veilig.

We fell asleep.

We vielen in slaap.

We fix all kinds of clocks here.

We repareren allerlei soorten klokken hier.

We found a turtle in the garden.

We vonden een schildpad in de tuin.