Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - I

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1366) B (625) C (1006) D (695) E (439) F (572) G (336) H (831) I (1406) J (102) K (67) L (429) M (593) N (319) O (331) P (735) Q (29) R (441) S (1495) T (5970) U (131) V (115) W (862) Y (304) Z (13)
English Sort ascending Dutch Recording Learn
“I’m not going anywhere!” said Harry fiercely.

‘Ik ga nergens heen!’ zei Harry fel.

“It’s too big!” they all said, and the turkey that had come into the world with spurs and therefore thought he was emperor, blew himself up like a ship with full sails and came up to him; then he clucked and his head turned bright red.

“Het is te groot!” zeiden allen, en de kalkoense haan, die met sporen ter wereld gekomen was en daarom dacht, dat hij keizer was, blies zich op als een schip met volle zeilen en kwam op hem af; toen klokte hij en werd zijn kop vuurrood.

“It stretches far beyond the other side of the trees, until the pastor’s garden; but I have never been there.”

“Die strekt zich nog ver aan de andere kant van het geboomte uit, tot aan de tuin van de pastoor; maar daar ben ik nog nooit geweest.”

“It stretches far beyond the other side of the trees, until the pastor’s garden; but I have never been there. You are all together, right?” she continued and stood up.

“Die strekt zich nog ver aan de andere kant van het geboomte uit, tot aan de tuin van de pastoor; maar daar ben ik nog nooit geweest. Je bent toch allemaal wel bij elkaar?” vervolgde zij en stond op.

“It might be true, but it is too big and it looks to strange,“ said the other duck, “that is why it has to have a bite.“

“Dat is wel mogelijk, maar het is te groot en ziet er zo vreemd uit,” zei de andere eend, “en daarom moet het eens een pikje hebben.”

“It is taking a long time with that egg,” said the duck, who was sitting on it again.

“Het duurt geducht lang met dat ene ei,” zei de eend, die er nu weer op zat.

“It has been in the egg for too long, and that is why it has become deformed!a little!”

“Het heeft te lang in het ei gezeten, en daardoor is het wat mismaakt geworden!”

“It doesn’t hurt anyone after all!”

“Het doet immers niemand kwaad!”

“It does not want to open; but look at the others: aren’t those the sweetest ducks that you have ever seen in your life? They all look exactly like their father; but that rascal doesn’t even come to visit me.”

“Het wil maar niet opengaan; maar kijk eens naar de anderen: zijn dat niet de liefste eendjes, die je ooit van je leven gezien hebt? Zij lijken allemaal precies op hun vader; maar die ondeugd komt mij niet eens bezoeken.”

“I will still sit on it for a bit longer,” answered the duck; “I’ve sat on it for so long already, so I can sit on it for a few more days!”

“Ik zal er toch nog een beetje op blijven zitten,” antwoordde de eend; “ik heb er nu al zo lang op gezeten, en dus kan ik er nog wel een paar dagen op zitten!”

“I think it will grow up well and get smaller over time.”

“Ik denk wel, dat het goed zal opgroeien en mettertijd wat kleiner worden.”

“I think it will be powerful; at least it knows how to defend himself already.”

“Ik denk, dat het wel krachtig zal worden; het weet zich ten minste nu al goed te verweren.”

“I made it myself,” he said proudly

“Ik heb het zelf gemaakt”, zei hij trots.

“I have also been fooled like that and it caused me a lot of work with my young ones, because they were afraid of the water.”

“Ik ben ook eens zo beetgenomen en had toen heel wat werk met mijn jongen, want zij waren bang voor het water!”

“I had never imagined such happiness, when I was still an ugly duckling!”

«Zoveel geluk had ik mij niet kunnen voorstellen, toen ik nog een lelijk eendje was!»

“I believe I shall go out into the wide world!” said the duckling.

«Ik denk, dat ik de wijde wereld maar in zal gaan!» zei het eendje.

I’ve taken the first step.

Ik zette de eerste stap.

I’ve ordered coffee.

Ik heb koffie besteld.

I’ve never stolen anything.

Ik heb nog nooit iets gestolen.

I’ve never liked you.

Ik heb je nooit gemogen.

I’ve never drunk wine.

Ik heb nog nooit wijn gedronken.

I’ve never done anything important.

Ik heb nooit iets belangrijk gedaan.

I’ve never broken a bone.

Ik heb nog nooit een bot gebroken.

I’ve made a lot of new friends.

Ik heb veel nieuwe vrienden gemaakt.

I’ve lost my bag.

Ik heb mijn bagage verloren.

I’ve lived in Australia.

Ik heb in Australië gewoond.

I’ve had to fire someone several times in my career.

Ik heb in mijn carrière meermaals iemand moeten ontslaan.

I’ve got to report it.

Ik moet er een melding van maken.

I’ve got a frog in my throat.

Ik heb een kikker in mijn keel.

I’ve formatted your hard disk by mistake.

Ik heb je harde schijf per ongeluk geformatteerd.

I’ve been worried about you.

Ik heb me zorgen om je gemaakt.

I’ve been married three times.

Ik ben drie keer getrouwd geweest.

I’ve been living in the Netherlands for three years.

Ik woon al drie jaar in Nederland.

I’ve already paid you.

Ik heb je al betaald.

I’ve already eaten enough.

Ik heb al genoeg gegeten.

I’m yawning because I’m tired.

Ik gaap want ik ben moe.