Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - D

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (716) B (1126) C (201) D (3950) E (1470) F (203) G (922) H (2238) I (1322) J (284) K (770) L (465) M (718) N (389) O (807) P (524) Q (2) R (393) S (1101) T (1085) U (194) V (1259) W (1135) X (3) Y (88) Z (928)
Dutch Recording English Learn
de aandoeningen
the diseases
de aangiftes
the declarations
de aanhangwagen
the trailer
de aanhoudende overlast
the persistent nuisance
de aankomst
the arrival
de aankoop
the purchase
de aanleg
the construction
De aanleg van een autoweg zal bijdragen aan de groei van de voorsteden.
The construction of a highway will contribute to the growth of the suburbs.
de aanmaning
the reminder
de aanpak
the approach
de aanpassing
the adjustment
de aanrader
the recommendation
de aanraking
the touch
de aanrijding
the collision
de aanslag
the attack
de aanslagen
the attacks
de aansluiting
the connection
de aansluitingen
the connections
de aansteker
the lighter
De aanstelling van de directeur zal binnenkort plaatsvinden.
The appointment of the director will take place soon.
de aantekeningen
the notes
De aantocht van de herfst brengt koelere temperaturen met zich mee.
The approach of autumn brings cooler temperatures.
de aantocht van de lente
the arrival of spring.
de aantocht van de winter
the approach of winter
de aanval
the attack
De aanval duurde bijna drie uur.
The attack lasted for nearly three hours.
de aanvaller
the attacker
de aanvang
the beginning
de aanvang
the inception
De aanvaring op de brug blokkeerde het verkeer.
The collision on the bridge blocked traffic.
de aanvoerder
the captain
de aanvrager
the applicant
de aanvulling
the complement
de aanwezigheid van slachtoffers in onze omgeving
the presence of victims in our environment
de aanwijzing
the clue
de aanwijzingen
the instructions