Understand spoken Dutch

Verbs (simple past) Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
Recording
EnglishNow it noticed that the door had come out of one hinge and slanted so badly that it could sneak through the gap into the room, and that is what it did. DutchNu bemerkte het, dat de deur uit het ene scharnier geraakt was en zo scheef hing, dat het door de reet in de kamer kon sluipen, en dit deed het dan ook. Status
Recording
EnglishA chirp was heard, and all the animals of the eggs came alive and stuck their heads out of the egg shells. DutchEen gepiep deed zich horen, en al de dooren van de eieren waren levend geworden en staken de kopjes uit de schalen. Status
Recording
Englishbut the duckling thought they would harm him; and in his fear he flew into the milk pail, so the milk was splashed all over the room Dutchmaar het eendje dacht, dat zij hem kwaad wilden doen en vloog in zijn angst juist in het melkvat, zodat de melk overal in de kamer rondspatte Status
Recording
Englishand before he well knew how it had happened, he found himself in a large garden, in which fragrant elders bent their long green branches down to the water Dutchen voordat het beest het recht wist, bevond het zich in een grote tuin, waarin de vlierbomen geurden en hun lange, groene takken tot in het water neerbogen Status
Recording
EnglishThousands of lights were burning upon the green branches and coloured pictures, like those she had seen in the show-windows, looking down upon her. DutchDuizenden lichten brandden er op de groene takken, en bonte prenten, zoals die, welke er voor de winkelramen te zien waren, zagen op haar neer. Status
Recording
EnglishI was skiing. DutchIk skiede. Status
Recording
EnglishOne evening a strong thunderstorm came; there was thunder and lighting, the rain was pouring down, it was terrible weather! DutchOp zekeren avond kwam er een geducht onweer opzetten; het lichtte en donderde, de regen viel bij stroomen neer, het was een verschrikkelijk weer! Status
Recording
EnglishI called him. DutchIk belde hem. Status
Recording
EnglishIt’s better to be killed by them, than being bitten by the ducks, pecked by the chickens, kicked by the maiden who feeds the chickens, or starved with hunger in the winter. Dutch’t Is beter, door hen gedood, dan door de eenden gebeten, door de kippen gepikt, door de meid, die aan de kippen eten geeft, geschopt te worden en in de winter gebrek te lijden! Status
Recording
EnglishThey uttered a strange noise, spread their beautiful, long wings and flew away from those cold regions to warmer countries DutchZij lieten een eigenaardig geluid horen, spreidden hun prachtige, lange vleugels uit en trokken uit de koude streken naar warmere landen Status
Recording
Englishwith respect to Dutchten opzichte van Status
Recording
Englishthey had only the roof to cover them, through which the wind was howling, although the largest holes had been plugged with straw and rags. Dutchboven zich hadden zij slechts het dak, waardoor de wind heenfloot, al mochten de grootste reten ook met stro en lompen dichtgestopt zijn. Status
Recording
EnglishIn the middle of this there was a duck in her nest, who had to hatch her young; but it almost bored her, it took so long, before the ducklings hatched. DutchTe midden hiervan zat in haar nest een eend, die haar jongen moest uitbroeden; maar het begon haar bijna te vervelen, zo lang duurde het, eer de jongen uitkwamen. Status
Recording
EnglishNobody moved. DutchNiemand bewoog. Status
Recording
Englishshe broke down Dutchzij stukliep Status
Recording
Englishshe giggled Dutchze giechelde Status
Recording
EnglishI turned off the radio. DutchIk zette de radio uit. Status
Recording
EnglishTom sneezed violently. DutchTom niesde heftig. Status
Recording
EnglishI hugged her. DutchIk omhelsde haar. Status
Recording
EnglishThe bullet hit the target. DutchDe kogel trof het doel. Status