Understand spoken Dutch

Adverbs Examples Dutch lesson

Recording English Dutch Status
One evening a strong thunderstorm came; there was thunder and lighting, the rain was pouring down, it was terrible weather!

Op zekeren avond kwam er een geducht onweer opzetten; het lichtte en donderde, de regen viel bij stroomen neer, het was een verschrikkelijk weer!

Do you cook often?

Kook jij vaak?

The little creature had lost them when she rushed across the street, because of two carriages running by, at a terribly high speed.

De kleine echter verloor deze, toen zij over de straat heen snelde, omdat er twee rijtuigen verschrikkelijk hard voorbijreden.

How pathetic!

Hoe zielig!

Hi! How are you?

Hoi, hoe gaat het?

She is still a bit groggy.

Ze is nog wat suf.

non-smokers

niet-rokers

Fans have so far offered $ 600,000 to be able to sit down at the table with the third-richest man in the world.

Fans hebben tot nu toe al 600.000 dollar geboden om te mogen aanschuiven aan tafel bij de op twee na rijkste mens ter wereld.

In the middle of this there was a duck in her nest, who had to hatch her young; but it almost bored her, it took so long, before the ducklings hatched.

Te midden hiervan zat in haar nest een eend, die haar jongen moest uitbroeden; maar het begon haar bijna te vervelen, zo lang duurde het, eer de jongen uitkwamen.

I don’t wear a tie.

Ik draag geen das.

Another drink?

Nog een borrel?

they had only the roof to cover them, through which the wind was howling, although the largest holes had been plugged with straw and rags.

boven zich hadden zij slechts het dak, waardoor de wind heenfloot, al mochten de grootste reten ook met stro en lompen dichtgestopt zijn.

hard-working

hardwerkend

Don’t swear!

Niet vloeken!

I don’t cry easily.

Ik huil niet snel.

Add a little milk.

Voeg wat melk toe.

What’s your height?

Wat is je lengte?

to pay separately

apart afrekenen

closer than ever

nauwer dan ooit

Why are you cursing?

Waarom vloekt u?