Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - F

0 (2) 1 (14) 2 (9) 3 (1) 4 (1) 6 (1) 7 (1) 8 (1) 9 (1) A (2052) B (738) C (1239) D (852) E (540) F (743) G (441) H (1127) I (1983) J (126) K (82) L (521) M (738) N (382) O (447) P (893) Q (36) R (534) S (1864) T (7152) U (161) V (129) W (1206) X (4) Y (378) Z (21)
English Dutch Recording Learn
foot voet
football voetbal
football player voetballer
footballer voetballer
footnote voetnoot
footprint voetafdruk
footsteps voetstappen
for naar
for om
for vóór
for voor
for 12.15 p.m. voor 12.15 uur
for a consultation at Saint Luke’s voor een consult bij Saint Luke’s
for a copy om een kopie
for a few seconds they couldn’t move a muscle een paar seconden lang konden ze geen vin verroeren
for consideration ter overweging
for example bijvoorbeeld
for example, home education is illegal in the Netherlands in Nederland is thuisonderwijs bijvoorbeeld onwettig
For example, home education is illegal in the Netherlands, unless you receive a letter of exemption from the government. In Nederland is thuisonderwijs bijvoorbeeld onwettig, tenzij je een uitzonderingsbrief van de overheid ontvangt.
for half past seven voor half acht
for her voor haar
for her old grandmother, the only one who had ever loved her, and who had now passed away, had told her that when a star falls, a soul was going up to God want haar oude grootmoeder, de enige die haar ooit had liefgehad, maar die nu dood was, had haar verteld, dat er, als er een ster naar beneden valt, een ziel tot God opstijgt
For her, money is an idol. Voor haar is geld een afgod.
for him voor hem
For him, the footballer is his idol. Voor hem is de voetballer zijn afgod.
for hours urenlang
For how many people? Voor hoeveel personen?
For how many? Voor hoeveel?
for it was New Year’s Eve want het was oudejaarsavond
for later voor later
for lunch voor de lunch
for lunch and dinner voor lunch en diner
for made-up reasons om verzonnen redenen
for me voor mij
For me, the weekend is music. Voor mij is het weekend muziek.
for months maandenlang