Ik waardeer je toezegging.
Ik ben me bewust van je probleem.
Ik nader mijn bestemming.
Ik kwam als laatste aan.
Ik vroeg mijn geld terug.
ik vroeg haar
Ik ben tien jaar geleden lid van de club geworden.
Ik geloof in deze leermethode.
ik wed
ik wed dat hij op dit moment zit op te scheppen
Ik kocht een computer.
Ik heb een nieuwe mobiele telefoon gekocht.
Ik kocht dit boek drie dagen geleden.
Ik heb een hot dog voor Tom gekocht.
ik breng
ik poets
Ik belde hem.
Ik kan dit alleen.
Ik kan je helpen.
Ik kan alleen maar afgaan op hetgeen dat mij werd verteld.
Ik kan een goed hotel aanbevelen.
Ik kan een goede advocaat aanbevelen.
Ik kan je dit boek aanbevelen.
Ik kan dit restaurant aanbevelen.
Ik kan bloemen ruiken.
Ik kan dat probleem in een handomdraai verhelpen.
Ik kan schakelen.
Ik kan een kikker niet van een pad onderscheiden.
Ik kan het me niet voorstellen.
Ik kan het niet met je eens zijn.
Ik kan niet geloven dat je zulke kletskoek serieus neemt.
Ik kan hetgeen je deed niet goedkeuren.
Ik kan geen wijn meer drinken.
Ik kan het niet genoeg benadrukken.
Ik kan mijn paraplu niet vinden.
Ik kan je niet volgen.