Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - Z

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (645) B (998) C (162) D (3482) E (1074) F (167) G (798) H (1925) I (1064) J (241) K (673) L (405) M (639) N (355) O (702) P (471) Q (2) R (341) S (979) T (969) U (166) V (1134) W (915) Y (88) Z (772)
Dutch Recording English Sort descending Learn

Ze speelde in het toneelstuk.

She acted in the play.

Zij streek weer een lucifertje tegen den muur af, het werd weer helder, en in den glans daarvan stond haar oude grootmoeder, helder en glinsterend, vriendelijk en liefderijk.

She again struck a match on the wall, and again it became bright around her; in the brightness stood her old grandmother, clear and shining, yet loving in her appearance.

Zij tracht altijd de anderen te helpen.

She always tries to help others.

ze ambieerde een job als journalist

she aspired to a job as a journalist

Zij kreeg eeuwige roem door haar werk.

She attained everlasting fame through her work.

Ze werd verpleegster.

She became a nurse.

Ze werd slachtoffer van chantage.

She became a victim of blackmail.

Ze heeft hem gebeten.

She bit him.

Ze kocht een kip.

She bought a chicken.

zij stukliep

she broke down

Ze gespte haar schoenen dicht.

She buckled her shoes.

Zij bouwt bruggen.

She builds bridges.

Ze kwam teleurgesteld terug.

She came back disappointed.

Ze kwam teleurgesteld thuis.

She came home disappointed.

Ze kwam om het zelf te doen.

She came to do it herself.

Ze kwam!

She came!

Ze kan het niet laten om te vitten.

She can’t resist complaining.

Zij poetst het huis elke week.

She cleans the house every week.

Zij verborg haar onderkin met sjaals.

She concealed her double chin with scarves.

zij kookt

she cooks

zij kon in de kamer zien

she could see into the room

Ze kon niet lang hurken.

She couldn’t squat for long.

Ze danste uitbundig op de muziek.

She danced exuberantly to the music.

Ze danst met hartstocht.

She dances with passion.

Ze eiste een specifieke vermelding.

She demanded a specific mention.

Ze ontwierp de omslag van het tijdschrift.

She designed the magazine cover.

Ze liet zich niet ontmoedigen door mislukkingen.

She did not let failure discourage her.

Ze wist niet wat ze hier zou kunnen doen.

She didn’t know what she could do here.

Ze wil niet afhankelijk zijn van haar ouders.

She does not want to be dependent on her parents.

Zij weet niet hoe ze een auto moet besturen.

She doesn’t know how to drive a car.

Ze spreekt geen Frans.

She doesn’t speak French.

Ze kleedde zich rap aan.

She dressed herself quickly.

Zij drinkt koffie.

She drinks coffee.

Ze zette me voor schut voor mijn vrienden.

She embarrassed me in front of my friends.

Ze gespte haar helm vast voordat ze ging fietsen.

She fastened her helmet before cycling.

Ze voelde zich neerslachtig.

She felt depressed.