Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - Z

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (650) B (1002) C (163) D (3499) E (1078) F (169) G (804) H (1932) I (1072) J (244) K (672) L (406) M (643) N (356) O (713) P (472) Q (2) R (343) S (981) T (977) U (166) V (1139) W (916) Y (88) Z (776)
Dutch Recording English Sort descending Learn

Ze kwam snel overeind.

She quickly got up.

Ze heeft de firma verlaten.

She quit the company.

Ze houdt heel erg van katten.

She really likes cats a lot.

Ze verwierp het dwaze idee en koos voor een betere aanpak.

She rejected the foolish idea and opted for a better approach.

Ze reageerde toornig.

She responded angrily.

Ze reageerde spottend op zijn compliment.

She responded mockingly to his compliment.

Ze zong met hartstocht.

She sang with passion.

Zij ging op een trede van het bordes op de binnenplaats zitten.

She sat down on a step from the landing in the courtyard.

Ze zat op de bank.

She sat on the bench.

Ze verdween langzaam in het nevelige bos.

She slowly disappeared into the foggy forest.

Ze kwam langzaam overeind.

She slowly got up.

Zij studeert wiskunde.

She studies mathematics.

Ze is gestruikeld over haar woorden.

She stumbled over her words.

ze kletst je de oren van het hoofd

she talks your ears off your head

Zij haalde er een uit!

She took one out!

Zij temperatuurde het kind om te zien of het koorts had.

She took the child’s temperature to see if they had a fever.

zij nam het kleine meisje op haar arm, en beiden vlogen in glans en vreugde hoog boven de aarde, oneindig hoog.

She took the little girl in her arms, and they both flew upwards, towards the brightness and joy far above the earth, endlessly high.

Ze nam het potlood en begon te schrijven.

She took the pencil and started writing.

Ze trilde van opwinding.

She trembled with excitement.

Ze probeerde hem te stoppen met chantage.

She tried to stop him with blackmail.

Ze gebruikt haar poederdons met veel precisie.

She uses her powder puff with great precision.

Ze wil het doen.

She wants to do it.

Zij wil schakelen.

She wants to switch.

zij was

she was

Ze was een telg uit een van de aanzienlijkste families van Venetië.

She was a descendant of one of the most important families in Venice.

Ze werd door haar moeder begeleid.

She was accompanied by her mother.

Ze had zoveel honger dat ze eender wat kon eten.

She was hungry enough to eat anything.

Ze kreeg promotie.

She was promoted.

Ze was zodanig geschrokken dat ze niet kon praten.

She was so shocked that she couldn’t speak.

Ze was nog steeds een maagd.

She was still a virgin.

Ze was te verwaand om de suggesties van anderen te accepteren.

She was too arrogant to accept others’ suggestions.

Ze droeg een tulband.

She was wearing a turban.

Ze kon hem niet ontmoeten.

She wasn’t able to meet him.

Zij draagt een bril.

She wears glasses.

Ze ging door het lint toen ze hoorde dat haar vlucht was geannuleerd.

She went berserk when she heard that her flight was canceled.

Ze is gaan winkelen.

She went shopping.