Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - K

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (641) B (994) C (161) D (3476) E (1067) F (166) G (791) H (1912) I (1056) J (240) K (669) L (403) M (633) N (353) O (699) P (471) Q (2) R (336) S (973) T (958) U (166) V (1130) W (911) Y (88) Z (767)
Dutch Recording English Sort descending Learn

kuiltjes

dimples

kwaal

disease; ailment

Kan ik met Amerikaanse dollars betalen?

Do you accept American dollars?

Kan ik met Britse ponden betalen?

Do you accept British pounds?

Koopt u vliegtickets online?

Do you buy airline tickets online?

Kook jij vaak?

Do you cook often?

Krijg je brandend maagzuur na het eten van bepaald voedsel?

Do you get heartburn after eating certain foods?

Ken jij iemand die in dat gebouw werkt?

Do you know anybody who works in that building?

Kennen jullie dit woord?

Do you know this word?

Ken je Tom toevallig?

Do you know Tom, by any chance?

Kijk je graag televisie?

Do you like watching TV?

Knelt de schoen?

Does the shoe pinch?

kommer en kwel

doom and gloom

kleed

dress (informal)

kwijl

drool (noun)

kerker

dungeon

keizer

emperor

kwaadaardig

evil; malicious

kwaadaardige

evil; malicious (long form)

koers

exchange rate

kennisverruiming

expanding knowledge

kenners

experts

kermis

fair

kermissen

fairs

kunstgebit

false teeth

kenmerk

feature

koorts

fever

kudde

flock

kozijn

frame

kader

frame; framework

koelkast

fridge

kikker

frog

kikkers

frogs

koekenpan

frying pan (long form)

Kermiswereld in rouw: bekende foorkramer sterft na val tijdens afbreken reuzenrad

Fun fair world in mourning: well-known fairground operator dies after falling during ferris wheel dismantling

kermiswereld

fun-fair world