Op zekeren avond kwam er een geducht onweer opzetten; het lichtte en donderde, de regen viel bij stroomen neer, het was een verschrikkelijk weer!
het bestek
het koekje
Kook jij vaak?
het neefje
het museum
het zwaard
het vergif
het insect
het humeur
De kleine echter verloor deze, toen zij over de straat heen snelde, omdat er twee rijtuigen verschrikkelijk hard voorbijreden.
Wraak is zoet.
Ik aanbid u.
een eiland
het heelal
een feniks
het etiket
hielden vast
het orgaan
Hoe zielig!