ganzengebraad
ganzen
ganser
gans
gangplaats
gangbaar
gang
galoppeerden
galmende
galmen
gaf of
gaf
gading
Gaat hij naar de middelbare school?
Gaat het goed met je?
gaat
gaap
gaande
gaan zeilen
gaan winkelen
gaan windsurfen
gaan wandelen
gaan skiën
gaan over
gaan fietsen
Gaan de zaken goed?
gaan
Ga zitten.
Ga zitten, alsjeblieft.
Ga vlak achter me zitten.