Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - N

0 (1) 1 (8) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1811) B (693) C (1165) D (812) E (500) F (654) G (400) H (994) I (1698) J (119) K (75) L (477) M (672) N (342) O (376) P (844) Q (32) R (508) S (1689) T (6705) U (154) V (124) W (1092) X (4) Y (337) Z (14)
English Dutch Recording Learn
newspaper krant
newspaper clipping krantenknipsel
newspapers kranten
next (long form) volgende
next volgend
next step volgende stap
next to naast
next to the bowl of peas naast de kom met erwten
next week volgende week
Next year we will renovate the roof of our house. Volgend jaar gaan we het dak van ons huis renoveren.
nice prettige
nice (long form) leuke
nice lekker
nice aardige
nice leuk
Nice to meet you. Aangenaam kennis te maken.
nice weather lekker weer
Nice weather isn’t it? Lekker weer, hè?
niece nichtje
night nacht
night clubs nachtclubs
night clubs, parties and discos nachtclubs, fuiven en discotheken
night shop nachtwinkel
nightclub nachtclub
nightgown nachtpon
nightmares nachtmerries
nights nachten
nightstand nachtkastje
nine (9) negen
nine hundred (900) negenhonderd
nine hundred and eighty-three (983) negenhonderddrieëntachtig
nine hundred and fifteen (915) negenhonderdvijftien
nine hundred and forty-nine (949) negenhonderdnegenenveertig
nine hundred and ninety-nine (999) negenhonderdnegenennegentig
nine hundred and sixty-six (966) negenhonderdzesenzestig
nine hundred and thirty-two (932) negenhonderdtweeëndertig