Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - I

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1366) B (625) C (1006) D (695) E (439) F (572) G (336) H (831) I (1406) J (102) K (67) L (429) M (593) N (319) O (331) P (735) Q (29) R (441) S (1495) T (5970) U (131) V (115) W (862) Y (304) Z (13)
English Dutch Sort descending Recording Learn
I’ve never liked you.

Ik heb je nooit gemogen.

I warned you in advance.

Ik heb je van tevoren gewaarschuwd.

I heard you guys whispering.

Ik heb jullie horen fluisteren.

I have a sore throat.

Ik heb keelpijn.

I’ve ordered coffee.

Ik heb koffie besteld.

I have a fever.

Ik heb koorts.

I only have praise for her achievements.

Ik heb louter lof voor haar prestaties.

I only made a couple of mistakes.

Ik heb maar een paar fouten gemaakt.

I’ve been worried about you.

Ik heb me zorgen om je gemaakt.

I have worked with the cash register.

Ik heb met de kassa gewerkt.

I cut myself.

Ik heb mezelf gesneden.

I have lost my luggage.

Ik heb mijn bagage verloren.

I’ve lost my bag.

Ik heb mijn bagage verloren.

I have dishonored my family.

Ik heb mijn familie onteerd.

I have lost my wallet.

Ik heb mijn portefeuille verloren.

I don’t regret anything.

Ik heb nergens spijt van.

I just got some bad news.

Ik heb net slecht nieuws gekregen.

I don’t have enough money to buy the latest smartphone.

Ik heb niet genoeg geld om de laatste smartphone te kopen.

I have nothing to open the can with.

Ik heb niets om het blik te openen.

I have’t done anything wrong.

Ik heb niets verkeerd gedaan.

I haven’t done anything wrong.

Ik heb niks verkeerd gedaan.

I have another sister.

Ik heb nog een andere zuster.

I haven’t said yes yet.

Ik heb nog geen ja gezegd.

I haven’t decided which job to apply for.

Ik heb nog niet besloten op welke functie ik zal solliciteren.

I’ve never broken a bone.

Ik heb nog nooit een bot gebroken.

I’ve never stolen anything.

Ik heb nog nooit iets gestolen.

I’ve never drunk wine.

Ik heb nog nooit wijn gedronken.

I still have a debt to settle.

Ik heb nog wel een schuld te vereffenen.

I’ve never done anything important.

Ik heb nooit iets belangrijk gedaan.

I’m free now.

Ik heb nu tijd.

I resigned.

Ik heb ontslag genomen.

I have been lying on something hard, so that I look bruised all over my body!

Ik heb op iets hards gelegen, zodat ik er over mijn hele lijf bont en blauw uitzie!

I have a sore throat.

Ik heb pijn aan mijn keel.

I ordered pizza.

Ik heb pizza besteld.

I anticipated trouble.

Ik heb problemen voorzien.

I respect everyone’s opinion.

Ik heb respect voor ieders mening.