Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - H

0 (1) 1 (8) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1809) B (692) C (1166) D (812) E (500) F (654) G (402) H (994) I (1698) J (119) K (75) L (477) M (672) N (342) O (376) P (844) Q (32) R (508) S (1689) T (6704) U (154) V (124) W (1092) X (4) Y (337) Z (14)
English Dutch Recording Learn
How should I know? Weet ik veel!
how simply they lived back then wat leefden ze eenvoudig toen
How tall is this building? Hoe hoog is dit gebouw?
how the couch is at Mien’s hoe of het bankstel staat bij Mien
How the fire burned, and spread such a delightful warmth! Wat brandde het vuur daarin, welk een heerlijke warmte gaf het van zich!
How were the drawers attached? Hoe waren de lades bevestigd?
How will I live with this pain? Hoe zal ik met deze pijn kunnen leven?
How will you respond? Hoe ga je reageren?
However, the commemoration of the Rwandan genocide was also accompanied by a diplomatic row with France. De herdenking van de Rwandese volkerenmoord ging echter ook gepaard met een diplomatieke rel met Frankrijk.
howled heenfloot
How’s it going? Hoe gaat het?
How’s the job? Hoe bevalt je baan?
hug knuffel
hug omhelzing
huge reusachtige
hugged omhelsde
human menselijke
human menselijk
Human beings are social creatures. Mensen zijn sociale wezens.
human rights mensenrechten
humanitarian humanitaire
humanity mensheid
humble nederig
humble (long form) nederige
humble and modest nederig en bescheiden
humiliating vernederend
humiliation vernedering
humility nederigheid
Humility often achieves more than pride. Nederigheid levert vaak meer op dan trots.
humming neuriënd
hummingbird kolibrie
humour humor
hundreds of thousands honderdduizenden
hundreds of thousands of people displaced honderdduizenden mensen ontheemd
hung hing
hung (past participle) gehangen