Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - A

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1356) B (616) C (991) D (685) E (434) F (568) G (334) H (820) I (1381) J (102) K (66) L (425) M (587) N (315) O (329) P (728) Q (29) R (435) S (1482) T (5919) U (124) V (115) W (856) Y (302) Z (13)
English Dutch Recording Learn
a few years

een paar jaar

a file

een bestand

a fire

een brand

a flat straw hat

een platte strohoed

a floating community

een drijvende gemeenschap

a flower

een bloem

A fly fell into the milk.

Er viel een vlieg in de melk.

a flying eagle

een vliegende arend

a food crisis

een voedselcrisis

a fool

een dwaas

A fool and his money are soon parted.

Een dwaas en zijn geld worden snel gescheiden.

a fork

een vork

a freelance job

een freelance opdracht

A Frenchman

Een Fransman

a fried egg

een gebakken ei

a friend

een vriend

A front door and a window were damaged.

Een voordeur en een raam zijn beschadigd.

a frugal sip of tea

een zuinig slokje thee

a fruitful year

een vruchtbaar jaar

a fun package

een pretpakket

a gene

een gen

a general power cut

een algemene stroomonderbreking

a ghost

een schim

A girl was injured in her face at the level of the neck and ear.

Een meisje raakte daarbij gewond in haar aangezicht ter hoogte van de hals en het oor.

a glimpse

een glimp

a gnu

een wildebeest

a go-getter

een doorzetter

a good day

een goede dag

A good education is essential for a successful career.

Een goede opleiding is essentieel voor een succesvolle loopbaan.

a good friend

een goede vriend

a good idea

een goed idee

a good teacher

een goede leraar

a good teacher (female teacher)

een goede lerares

a grant

een beurs

a great adventure

een geweldig avontuur

A great hunt was held; the hunters lay around the swamp; yes, some sat up in the branches of the trees, which stretched far over the reed.

Er werd een grote jacht gehouden; de jagers lagen rondom het moeras; ja, enigen zaten boven in de takken der boomen, die zich ver over het riet uitstrekten.