English-Dutch Dictionary - W

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1361) B (626) C (996) D (688) E (436) F (569) G (334) H (823) I (1393) J (102) K (66) L (427) M (588) N (316) O (330) P (730) Q (29) R (437) S (1483) T (5927) U (125) V (115) W (860) Y (303) Z (14)

English	Dutch Sort descending	Learn
workshops	workshops	Learn
wish	wou	Learn
woods	woud	Learn
wanted	wouden	Learn
wreck	wrak	Learn
worm	wurm	Learn
will (singular)	zal	Learn
Will history judge us favorably?	Zal de geschiedenis gunstig over ons oordelen?	Learn
What do they want to protest against?	Ze willen protesteren waartegen?	Learn
will (what someone wants to happen)	zin	Learn
without	zonder	Learn
without having to target the women themselves	zonder daarbij de vrouwen zelf te viseren	Learn
without hassle	zonder gedoe	Learn
without irrefutable evidence	zonder onweerlegbaar bewijs	Learn
Without his glasses, he is as blind as a bat.	Zonder zijn bril is hij zo blind als een mol.	Learn
Would you be interested?	Zou je geïnteresseerd zijn?	Learn
Would you go to Boston if you had the chance to?	Zou je naar Boston gaan als je de kans had?	Learn
would	zouden	Learn
will (plural)	zullen	Learn
will	zult	Learn
weak	zwak	Learn
weak (long form)	zwakke	Learn
weaker	zwakkere	Learn
weakest	zwakste	Learn
weakest	zwaksten	Learn
was silent	zweeg	Learn
wandering	zwerf	Learn
“What an absurd idea,” said this one.	«Wat is dat voor een dwaze inval!» zei deze.	Learn
“Well, that is also a great pleasure!”, said the hen	“Nu, dat is ook een heel plezier!” zei de kip.	Learn
“What kind are you?” they asked, and the duckling turned in all directions and greeted them the best way he could.	“Wat ben jij er voor één?” vroegen zij, en het eendje wendde zich naar alle kanten en groette zo goed het kon.	Learn
“What a terribly big duckling that is,” she thought; “None of the others looks like this.”	“Wat is dat een verschrikkelijk groot eendje,” dacht zij; “geen van de anderen ziet er zo uit.”	Learn
“Well there, how are you?” an old duck asked, who came to visit her.	“Wel zo, hoe gaat het?” vroeg een oude eend, die haar eens een bezoek kwam brengen.	Learn