English-Dutch Dictionary - R

0 (1) 1 (8) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1809) B (692) C (1166) D (812) E (500) F (654) G (402) H (994) I (1698) J (119) K (75) L (477) M (672) N (342) O (376) P (844) Q (32) R (508) S (1689) T (6704) U (154) V (124) W (1092) X (4) Y (337) Z (14)

English	Dutch	Learn
rests	berust	Learn
result	uitslag	Learn
result	resultaat	Learn
result oriented	resultaatgerichte	Learn
resulted	geresulteerd	Learn
results	resultaten	Learn
results	uitslagen	Learn
resumes	hervat	Learn
resurrection	wederopstanding	Learn
retaliation	vergelding	Learn
Retaliation is not a solution.	Vergelding is geen oplossing.	Learn
retaliatory attack	vergeldingsaanval	Learn
retarded	achterlijk	Learn
retired	gepensioneerd	Learn
retired person	gepensioneerde	Learn
retirement	pensioen	Learn
return	terugkeer	Learn
returned	teruggekeerd	Learn
returned	teruggekomen	Learn
revealed	onthulde	Learn
revealed (past participle)	onthuld	Learn
revelation	openbaring	Learn
revelations	onthullingen	Learn
revenge	wraak	Learn
Revenge is a dish best served cold.	Wraak is een gerecht dat het best koud geserveerd kan worden.	Learn
Revenge is sweet.	Wraak is zoet.	Learn
reversing	achteruitrijdende	Learn
review	beoordeling	Learn
reviewed (past participle)	doorgenomen	Learn
reviewer	recensent	Learn
revived	kwam bij	Learn
revived (part 1)	kwam
revived (part 2)	bij
revoked	herroepen	Learn
revolution	revolutie	Learn
revolution	omwenteling	Learn