English-Dutch Dictionary - R

0 (1) 1 (8) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1811) B (693) C (1165) D (812) E (500) F (654) G (400) H (994) I (1698) J (119) K (75) L (477) M (672) N (342) O (376) P (844) Q (32) R (508) S (1689) T (6705) U (154) V (124) W (1092) X (4) Y (337) Z (14)

English	Dutch	Learn
red wine	rode wijn	Learn
red-handed (long form)	op heterdaad	Learn
red-handed	heterdaad	Learn
red-painted	roodgeschilderde	Learn
red-painted walls	roodgeschilderde muren	Learn
redcurrant	aalbes	Learn
redcurrants	aalbessen	Learn
redesigns	herinrichtingen	Learn
Redesigns of the city began.	Herinrichtingen van de stad begonnen.	Learn
redevelopment	heraanleg	Learn
rediscovered	herontdekt	Learn
redistribution	herverdeling	Learn
reduction	verlaging	Learn
reduction; cut	bezuiniging	Learn
reed	riet	Learn
reefs	riffen	Learn
refer (plural)	verwijzen	Learn
referee	scheidsrechter	Learn
reference	referentie	Learn
reflection	weerspiegeling	Learn
reflective	spiegelende	Learn
reflex	reflex	Learn
reform	hervorming	Learn
refrigerator	koelkast	Learn
refueled	bijgetankt	Learn
refugees	vluchtelingen	Learn
refund	terugbetaling	Learn
refuse (verb, plural)	weigeren	Learn
refused	geweigerd	Learn
refusers	weigeraars	Learn
refuses	weigert	Learn
regarding	betreft	Learn
regarding	inzake	Learn
regardless	ongeacht	Learn
region	gewest	Learn
region	streek	Learn