"on" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	on price	op prijs
	to be crazy about	gek zijn op
	to agree on	akkoord zijn op
	I like my job very much.	Ik ben gek op mijn werk.
	The next morning it took a long time before they were finally on the way.	De volgende ochtend duurde het lang voor ze eindelijk op pad waren.
	the picture on the wall	het beeld op de muur
	There is a red cross on the map.	Er staat een rood kruis op de kaart.
	It was wonderful outside on the land.	Het was heerlijk buiten op het land.
	Yanni has a map on his phone.	Yanni heeft een kaart op zijn telefoon.
	Tom and I were born on the same day.	Tom en ik zijn op dezelfde dag geboren.
	Tom and Mary live on the same floor.	Tom en Mary wonen op dezelfde verdieping.
	I was born on the 16th of June 1978.	Ik ben geboren op 16 juni 1978.
	I was born on the 22nd of June 1976.	Ik ben geboren op 22 juni 1976.
	I go on the Internet almost every day.	Ik ga vrijwel iedere dag op Internet.
	The next day it was beautiful, wonderful weather; the sun shone on all the green leaves.	De volgende dag was het mooi, heerlijk weer; de zon scheen op alle groene bladeren.
	She sat on the bench.	Ze zat op de bank.
	We were sitting on the couch.	Wij zaten op de bank.
	An owl is on the roof.	Er is een uil op het dak.
	under guidance	op sleeptouw
	I’m looking for a room with two beds.	Ik ben op zoek naar een kamer met twee bedden.