Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (8) 2 (4) 3 (1) 4 (1) A (1814) B (693) C (1169) D (814) E (501) F (658) G (403) H (996) I (1700) J (119) K (76) L (480) M (672) N (341) O (377) P (844) Q (32) R (508) S (1688) T (6710) U (153) V (123) W (1095) X (4) Y (338) Z (14)
English Sort ascending Dutch Recording Learn
the sentencing judge de strafuitvoeringsrechter
the sentences de zinnen
the sentence de zin
the Senate de Senaat
the semi-trailer de oplegger
the semester het semester
the self-interest het eigenbelang
The selection didn’t meet our taste. De selectie voldeed niet aan onze gading.
the seedlings de zaailingen
the seed het zaad
the seed (in a competition) het reekshoofd
the sector de sector
The secret of the lost treasure has finally been revealed. Het geheim van de verloren schat is eindelijk blootgelegd.
the secret het geheim
the seconds de seconden
the secondary school de middelbare school
the Second World War de Tweede Wereldoorlog
The second most common disease, joint disease, keeps teachers 230,000 days at home. De tweede meest voorkomende kwaal, gewrichtsaandoeningen, hield de leerkrachten 230.000 dagen thuis.
the second metro carriage het tweede metrostel
the second floor de tweede verdieping
the second de seconde
The seam is loose. De naad is los.
the seam de naad
the seal (wax or other material used to authenticate a document) de zegel
The sea was very smooth. De zee was erg glad.
the sea bass de zeebaars
the sea de zee
the scullery de bijkeuken
the screw de schroef
the screens de schermen
the screen het scherm
the scratch of his feather het gekras van zijn veer
the scourge de gesel
the score de score
the scope of the project de reikwijdte van het project
the scope de strekking