Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1366) B (625) C (1006) D (695) E (439) F (572) G (336) H (831) I (1406) J (102) K (67) L (429) M (593) N (319) O (331) P (735) Q (29) R (441) S (1495) T (5970) U (131) V (115) W (862) Y (304) Z (13)
English Dutch Recording Learn
The snowflakes covered her long blond hair (paragraph)

De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar (paragraaf)
The snowflakes covered her long, blonde hair, which hung in curls resting on her shoulders

De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar, dat in prachtige lokken op haar schouders neergolfde
The snowflakes covered her long blond hair, which flowed to her shoulders in beautiful locks; but she did not think of it.

De sneeuwvlokken bedekten haar lang blond haar, dat in prachtige lokken op haar schouders neergolfde; maar daaraan dacht zij niet.
the snow-white owl

de sneeuwwitte uil
the speeds

de snelheden
the highway

de snelweg
the highways

de snelwegen
the snout

de snoet
the moustache

de snor
the moped (The Netherlands)

de snorfiets
the socialists

de socialisten
the soup

de soep
the sock

de sok
the socks

de sokken
the soldier

de soldaat
The soldiers divided the plunder.

De soldaten verdeelden de buit.
the job application

de sollicitatie
the types

de soorten
The Spanish police tried to stop people from voting in Catalonia.

De Spaanse politie trachtte te verhinderen dat het volk in Catalonië kon stemmen.
the Spanish city of Barcelona

de Spaanse stad Barcelona
the pressure

de spanning
the spices

de specerijen
the woodpecker

de specht
the specialty

de specialiteit
the spear

de speer
the pin

de speld
the players

de spelers
the detectives

de speurders
the scavenger hunt

de speurtocht
the jeans

de spijkerbroek
the regret

de spijt
the spider

de spin
the spinach

de spinazie
the striker

de spits
the railways

de spoorwegen
the tracks

de sporen