Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1362) B (625) C (999) D (690) E (436) F (570) G (334) H (829) I (1397) J (102) K (66) L (428) M (590) N (318) O (330) P (731) Q (29) R (438) S (1487) T (5937) U (126) V (115) W (861) Y (303) Z (13)
English Dutch Recording Learn
the agreement

de overeenkomst
the transition phase

de overgangsfase
the dedication; the devotion

de overgave
the domination

de overheersing
the government

de overheid
The government uses census data for planning.

De overheid gebruikt de gegevens van de volkstelling voor planning.
The government had to alter its foreign policy.

De overheid moest zijn buitenlands beleid wijzigen.
The government is considering higher import duties.

De overheid overweegt hogere importheffingen.
the government agency

de overheidsinstelling
the remaining 26 countries

de overige 26 landen
The remaining people were late.

De overige mensen waren te laat.
the remaining time

de overige tijd
the landing

de overloop
the flood

de overstroming
the floods

de overstromingen
the foul

de overtreding
the offence

de overtreding
the violations

de overtredingen
The predominantly Christian victims are often abused as sex slaves.

De overwegend christelijke slachtoffers worden vaak als seksslavinnen misbruikt.
the victory

de overwinning
the pole

de paal
the horses

de paarden
The horses are drinking from the water trough.

De paarden drinken uit de watertrog.
The horses galloped to the centre of the dance floor and stood there prancing and bucking.

De paarden galoppeerden naar het midden van de dansvloer en bleven daar steigerend en bokkend staan.
the Easter Bunny

de paashaas
the Easter holiday

de paasvakantie
the toad

de pad
the mushroom

de paddenstoel
the mushrooms

de paddenstoelen
the paths

de paden
the pages

de pagina’s
the posts

de palen
the eel

de paling
the frying pan

de pan
the saucepan

de pan
the properties

de panden