English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1362) B (625) C (999) D (690) E (436) F (570) G (334) H (829) I (1397) J (102) K (66) L (428) M (590) N (318) O (330) P (731) Q (29) R (438) S (1487) T (5937) U (126) V (115) W (861) Y (303) Z (13)

English	Dutch Sort descending	Learn
The reason for this is plain.	De reden hiervoor is duidelijk.	Learn
The reason for the growing fraud lies with the rise of the so-called ‘phishing’ technique.	De reden voor de toenemende fraude ligt bij de opmars van de zogeheten ‘phishing’ techniek.	Learn
the reasons	de redenen	Learn
the gap	de reet	Learn
the reflex	de reflex	Learn
the rule	de regel	Learn
the rules	de regels	Learn
the rules for large companies	de regels voor grote bedrijven	Learn
the rain	de regen	Learn
the rainbow	de regenboog	Learn
the government (king and ministers)	de regering	Learn
the scope of the project	de reikwijdte van het project	Learn
the journey	de reis	Learn
the traveller	de reiziger	Learn
the bill	de rekening	Learn
The check, please.	De rekening, alstublieft.	Learn
the calculator	de rekenmachine	Learn
the shelves	de rekken	Learn
the riot	de rel	Learn
the relation	de relatie	Learn
The relationship was ruined by deceit.	De relatie ging te gronde door bedrog.	Learn
the religion (general)	de religie	Learn
the rioters	de relschoppers	Learn
the cure	de remedie	Learn
the response	de respons	Learn
the restaurants	de restaurants	Learn
the residual value may no longer be that high	de restwaarde mogelijk niet meer zo hoog gaat zijn	Learn
the holes	de reten	Learn
The Giants got clobbered yesterday.	De Reuzen zijn gisteren in elkaar geslagen.	Learn
the giant banger	de reuzenknaller	Learn
the revolution	de revolutie	Learn
the ribs	de ribben	Learn
the direction	de richting	Learn
the guidelines	de richtlijnen	Learn
the belt	de riem	Learn
the reefs	de riffen	Learn