Understand spoken Dutch

Phrases Dutch lesson

Recording English Dutch Status
I don’t think that’s a good investment. Ik denk niet dat het een goede investering is.
It started raining around midnight. Omstreeks middernacht begon het te regenen.
We all thought Tom was having a heart attack. We dachten allemaal dat Tom een hartaanval kreeg.
Everyone needs at least one close friend. Iedereen heeft minstens één goede vriend nodig.
She had little experience; nevertheless, she got the job. Ze had weinig ervaring; niettemin kreeg ze de baan.
A loan can help buy a house. Een ontlening kan helpen bij het kopen van een huis.
He was crushed by the bad news. Hij was verpletterd door het slechte nieuws.
I want to talk to the American consulate. Ik wil met het Amerikaanse consulaat spreken.
IT developments IT ontwikkelingen
Can I pay by credit card? Kan ik met een kredietkaart betalen?
He likes to mock colleagues. Hij houdt ervan de draak te steken met collega’s.
Tom said that he didn’t think that Mary was hungry. Tom zei dat hij er niet aan gedacht had dat Maria honger had.
All the efforts of the doctors were of no avail. Alle inspanningen van de artsen mochten niet baten.
She would rather read books than watch TV. Zij zou veeleer boeken lezen dan televisie kijken.
His exile lasted more than ten years. Zijn ballingschap duurde meer dan tien jaar.
Are there any vegetarian restaurants here? Zijn er vegetarische restaurants in de buurt?
I ended up in hospital last night. Ik kwam gisteravond in het ziekenhuis terecht.
I heard my parents whispering last night. Ik hoorde mijn ouders gisteravond fluisteren.
It was 10 years ago that I started playing chess. Het is 10 jaar geleden dat ik schaak begon te spelen.
How many students are there in the classroom? Hoeveel leerlingen zitten er in het klaslokaal?