Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (9) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1366) B (625) C (1006) D (695) E (439) F (572) G (336) H (831) I (1406) J (102) K (67) L (429) M (593) N (319) O (331) P (735) Q (29) R (441) S (1495) T (5970) U (131) V (115) W (862) Y (304) Z (13)
English Dutch Recording Learn
the croquette

de kroket
the croquettes

de kroketten
the twists

de kronkels
the herbs

de kruiden
the grocer

de kruidenier
the greenhouses

de kruidenkassen
the stool

de kruk
the flock

de kudde
the art

de kunst
The art exhibition displayed solely modern paintings.

De kunsttentoonstelling toonde louter moderne schilderijen.
the cork

de kurk
the pillows

de kussens
the pillowcase

de kussensloop
the coast

de kust
the disease; the ailment

de kwaal
the jellyfish

de kwal
the quality

de kwaliteit
the brush

de kwast
the affliction

de kwelling
the issue; question

de kwestie
The issue of a minimum wage has never led anywhere.

De kwestie van een minimumloon heeft nog nooit ergens toe geleid.
The dog’s drool stained the carpet.

De kwijl van de hond vlekte het tapijt.
the drawer

de la
The drawer won't open.

De la gaat niet open.
The avenue leads directly to the castle on the hill.

De laan leidt rechtstreeks naar het kasteel op de heuvel.
the late bloomer; the late developer

de laatbloeier
The last major setback happened on the night of the first February of 1953.

De laatste grote tegenslag geschiedde in de nacht van de eerste februari 1953.
the last syllable

de laatste lettergreep
the last day of vacation

de laatste vakantiedag
the drawer

de lade
the drawers

de lades
The cargo was stopped at customs.

De lading werd tegengehouden bij de douane.
the coward

de lafaard
the varnish

de lak
the bedsheets

de lakens
the lamp

de lamp