Summary
The Dutch translation for “was” is was.
Examples of "was" in use
There are 266 examples of the Dutch word for "was" being used:
Recording |
English |
Dutch |
Learn |
|
I think what you just told me was a lie. |
Ik denk dat hetgeen wat je me juist verteld hebt een leugen was. |
|
|
Someone told me Tom was allergic to wheat. |
Iemand heeft me verteld dat Tom allergisch was voor tarwe. |
|
|
She laid good eggs, and the woman loved her as if she had been her own child. |
Zij legde heerlijke eieren, en de vrouw had haar zo lief, alsof zij haar kind was. |
|
|
it was sad because it looked ugly and was mocked by everyone else |
het was treurig, omdat het er lelijk uitzag en door al de anderen bespot werd |
|
|
Now the tomcat was the master of the house, and the hen was mistress, and they always said, “We and the world,” |
En de kater was heer in huis, en de kip was er zo goed als vrouw, en altijd zeiden zij: «Wij en de wereld!» |
|
|
Yanni was like a magnet. |
Yanni was zoals een magneet. |
|
|
I was suspicious. |
Ik was achterdochtig. |
|
|
That was a difficult test. |
Dat was een moeilijke test. |
|
|
The gangplank was slippery due to the rain. |
De valreep was glad door de regen. |
|
|
Tom was slightly confused. |
Tom was enigszins in de war. |
|