De vrouw schreeuwde en sloeg met de tang naar het arme beest.
Nu klapte hij met zijn vleugels, richtte zijn slanke hals op en jubelde van ganser harte
Nu gevoelde het zich geheel beschaamd en stak zijn kop onder zijn vleugels
Nu erkende het eerst recht zijn geluk en de heerlijkheid, die hem omringde.
Het gevoelde zich nu verheugd over al de nood en de ontberingen, die het doorgestaan had.
Het eendje kende die prachtige beesten en werd door een eigenaardige treurigheid aangegrepen.
’t Was gelukkig, dat de deur openstond en dat het tussen de takken in de vers gevallen sneeuw kon sluipen
Sidderend van koude en honger sloop de arme kleine voort als een beeld van jammer en ellende!
Maar al de nood en de ellende, welke het eendje in die strenge winter moest doorstaan, te vertellen, zou te akelig zijn.
OK, ik neem het.
’t Is beter, door hen gedood, dan door de eenden gebeten, door de kippen gepikt, door de meid, die aan de kippen eten geeft, geschopt te worden en in de winter gebrek te lijden!
jaloers zijn op
zich ergeren aan
veel leed aandoen
Een afwijzing is balen.
want haar oude grootmoeder, de enige die haar ooit had liefgehad, maar die nu dood was, had haar verteld, dat er, als er een ster naar beneden valt, een ziel tot God opstijgt.
passionele liefde
Ik haat scheikunde.
Ik ben doodsbang van honden
Zij streek weer een lucifertje tegen den muur af, het werd weer helder, en in den glans daarvan stond haar oude grootmoeder, helder en glinsterend, vriendelijk en liefderijk.