"the" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the United States	de Verenigde Staten
	in the United States	in de Verenigde Staten
	“Terribly bad!” said the princess.	“Verschrikkelijk slecht!” zei de prinses.
	I have never been to the United States.	Ik ben nooit in de Verenigde Staten geweest.
	“What a terribly big duckling that is,” she thought; “None of the others looks like this.”	“Wat is dat een verschrikkelijk groot eendje,” dacht zij; “geen van de anderen ziet er zo uit.”
	the need	de nood
	the bird	de vogel
	the apple	de appel
	the sir	de meneer
	the swans	de zwanen
	the white wine	de witte wijn
	the number one	de nummer één
	the number two	de nummer twee
	Here’s the room, Sir.	Dit is de kamer, meneer.
	the number one in the world	de nummer één van de wereld
	the number two in the world	de nummer twee van de wereld
	The day after Saturday is Sunday.	De dag na zaterdag is zondag.
	Do you know what time the train leaves?	Weet jij hoe laat de trein vertrekt?
	on Saturday night	op de zaterdagavond
	“Can you stop doing that?” said the mother.	“Wil je dat nu wel eens laten?” zei de moeder.