Ik zou dat wel eens willen zien.
Ik zou graag op een boerderij willen wonen.
Ik zou haar elke dag willen zien.
Ik zou je nooit kunnen haten.
Ik zou nu liever management doen.
Ik zou wat advies kunnen gebruiken.
Ik zou wel een glas water willen.
Ik zou wel willen Picasso zijn.
ik zou wel willen, dat je dat eens wat anders kon maken
Ik zou willen weten wat je van plan bent.
in het water moet het, al zou ik het er ook zelf induwen
Lijn twaalf komt pas over een half uur, maar lijn vijf zou hier over drie minuten moeten zijn.
Maar al de nood en de ellende, welke het eendje in die strenge winter moest doorstaan, te vertellen, zou te akelig zijn.
Tegen de avond bereikte het een kleine, armoedige boerenhut; deze was zo bouwvallig, dat zij zelf niet wist, naar welke kant zij zou vallen, en daarom bleef zij maar staan.
Tom dacht dat het pijn zou doen.
Tom zou me dat nooit laten doen.
Van haar vader zou zij zeker slaag krijgen, en thuis was het ook koud.
Waneer een 16-jarige hetzelfde zou doen, is dat afwijkend gedrag en kan er wel op gereageerd worden.
Wie zou je dan kunnen begrijpen?
Ze wist niet wat ze hier zou kunnen doen.