Pronouns Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Cows provide us with milk.	Koeien voorzien ons van melk.
	We will understand it afterwards.	Nadien zullen we het begrijpen.
	Tom doesn’t know Mary is in Boston.	Tom weet niet dat Mary in Boston is.
	I would like to go there	ik zou daar graag heen willen gaan
	He was born in another country.	Hij werd geboren in een ander land.
	Can I just pay a fine now?	Kan ik gewoon nu een boete betalen?
	I’ve never stolen anything.	Ik heb nog nooit iets gestolen.
	Tom is going to lose his house.	Tom gaat zijn huis verliezen.
	I want to marry a virgin.	Ik wil graag met een maagd trouwen.
	My speech was short and powerful.	Mijn betoog was kort en krachtig.
	She stuck out her tongue mockingly.	Ze stak spottend haar tong uit.
	We’re going hiking this afternoon.	We gaan wandelen deze namiddag.
	Enjoy life while you can.	Geniet van het leven zolang je kan.
	We found a turtle in the garden.	We vonden een schildpad in de tuin.
	My grandfather is a carpenter.	Mijn grootvader is timmerman.
	Tom asked me to take a picture of him.	Tom vroeg me een foto van hem te maken.
	Tom is still at his desk.	Tom zit nog steeds aan zijn bureau.
	I had jeans on.	Ik droeg een spijkerbroek.
	Well, will you ever shut up?	Welnu, wil je dan wel eens zwijgen?
	I need to see that report today.	Ik moet dat rapport vandaag zien.