Ik heb drie wortels nodig.
Ik geef niet om mijn toekomst.
Ik kan je niet verdragen.
Ik ben op zoek naar een nieuwe job.
Ik poets de keuken bijna elke dag.
Ik heb eigenlijk geen pistool.
Ik ben louter naar de zee geweest.
Ik hoop dat ik je zie met Kerstmis.
Ik spreek Engels en Italiaans.
Ik moet dat rapport vandaag zien.
Ik speelde vroeger de trombone.
Ik weet dat je ons niet vertrouwd.
Ik heb net slecht nieuws gekregen.
Ik ben benieuwd wie er gaat winnen.
Ik ben allergisch voor stuifmeel.
Ik wil met de Britse ambassade spreken.
Ik hoop dat u een spoedig herstel heeft.
thuis heb ik nog een ansichtkaart
Sorry, daar ben ik niet verantwoordelijk voor.
Tom en ik hebben elkaar al jaren niet gesproken.