en, zie je wel, zij heeft een rood lapje om haar poot
“Je bent toch allemaal wel bij elkaar?” vervolgde zij en stond op.
zij had immers geen enkel doosje lucifers verkocht en bracht geen cent mee
“Kijk, zo gaat het nu in de wereld!” zei de moeder der eendjes, en zij stak haar snavel al uit, want zij wilde de palingkop ook wel hebben.”
Houdt je fatsoen en maak een buiging voor de oude eend, die je daar ziet: dat is de voornaamste van alle; zij is van Spaanse afkomst, daarom is zij zo dik.
“Vlug wat, vlug!” zeide zij.
wijzer dan zij is niemand op de wereld
Daar zat zij nu onder de heerlijke Kerstboom
Zij had prachtige foto’s getrokken van de dieren in de dierentuin.
Zij legde heerlijke eieren, en de vrouw had haar zo lief, alsof zij haar kind was.
De kip had korte, lage poten, en daarom werd zij juffrouw Kortbeen genoemd
In een oud schort droeg zij een hele voorraad lucifersdoosjes, en een daarvan. hield zij in de hand.
«Dat is een goede vangst!» zeide zij.
Zij kreeg eeuwige roem door haar werk.
Zij weet niet hoe ze een auto moet besturen.
Haar voetjes had zij naar zich toe getrokken
“Nu begint het mij haast te vervelen!” en zij ging er weer op zitten.
Van haar vader zou zij zeker slaag krijgen, en thuis was het ook koud.
De Kerstlichtjes stegen al hoger en hoger: zij zag ze nu als sterren aan den hemel.
Het scheen het kleine meisje werkelijk toe, alsof zij bij een grote, ijzeren kachel zat.