English-Dutch Dictionary - W

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (8) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1457) B (646) C (1064) D (732) E (464) F (599) G (356) H (898) I (1474) J (111) K (71) L (449) M (626) N (334) O (349) P (775) Q (29) R (465) S (1572) T (6278) U (137) V (119) W (923) X (4) Y (314) Z (14)

English	Dutch	Learn
Why don’t we go swimming with Tom?	Waarom gaan we niet zwemmen met Tom?	Learn
Why don’t we go to Australia with Tom?	Waarom gaan we niet naar Australië met Tom?	Learn
Why don’t we start without Tom?	Waarom beginnen we niet zonder Tom?	Learn
Why don’t you come earlier?	Waarom kom je niet eerder?	Learn
Why don’t you come?	Waarom kom je niet?	Learn
Why is compliance important?	Waarom is naleving belangrijk?	Learn
Why is everyone so excited?	Waarom is iedereen zo opgewonden?	Learn
Why isn’t Tom tired?	Waarom is Tom niet moe?	Learn
Why so cumbersome?	Waarom zo omslachtig?	Learn
Why was this a secret?	Waarom was dit een geheim?	Learn
Why were you eating by yourself?	Waarom heb je alleen gegeten?	Learn
Why were you late for class?	Waarom was je te laat in de les?	Learn
Why would we want to punish you?	Waarom zouden we je willen straffen?	Learn
Why’s everyone whispering?	Waarom is iedereen aan het fluisteren?	Learn
wide	breed	Learn
wide	wijd	Learn
wide	wijde	Learn
wife	vrouw	Learn
wife	echtgenote	Learn
Wikipedia	Wikipedia	Learn
wild	wilde	Learn
wild boar	everzwijnen	Learn
wildebeest; gnu	wildebeest	Learn
will	wille	Learn
will (what someone wants to happen)	zin	Learn
will (plural)	zullen	Learn
will (singular)	zal	Learn
will	zult	Learn
Will Algeria become a leading exporter?	Zal Algerije een toonaangevende exporteur worden?	Learn
Will history judge us favorably?	Zal de geschiedenis gunstig over ons oordelen?	Learn
Will you be at the meeting this afternoon?	Kom je naar de bijeenkomst vanmiddag?	Learn
Will you be leaving tomorrow?	Ga je morgen vertrekken?	Learn
Will you use this?	Ga jij dit gebruiken?	Learn
willing	gewillig	Learn
willow wood	wilgenhout	Learn
willows	wilgen	Learn