Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - I

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (8) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1489) B (651) C (1083) D (751) E (473) F (601) G (368) H (935) I (1558) J (111) K (71) L (452) M (639) N (339) O (355) P (780) Q (29) R (472) S (1594) T (6374) U (139) V (120) W (1007) X (4) Y (322) Z (14)
English Dutch Recording Learn
-ing (indicates continuous tense) aan het
I ik
I accelerate and stay in the left lane. Ik versnel en blijf in de linkerrijstrook rijden.
I accept the Terms of Sale. Ik aanvaard de Verkoopsvoorwaarden.
I adore you. Ik aanbid u.
I advised her against walking alone in the park at night. Ik heb haar afgeraden om alleen ’s nachts door het park te wandelen.
I agree with the author’s position. Ik ben het eens met de stelling van de auteur.
I almost tripped. Ik ben bijna gestruikeld.
I already know the answer. Ik weet het antwoord al.
I already ordered. Ik heb al besteld.
I also need to study for the exam. Ik moet eveneens studeren voor het examen.
I am ik ben
I am 19 years old. Ik ben negentien jaar oud.
I am a British citizen. Ik ben een Brits staatsburger.
I am a Canadian citizen. Ik ben een Canadees staatsburger.
I am a cook. Ik ben een kok.
I am a doctor. Ik ben dokter.
I am accustomed to cold weather. Ik ben gewend aan een koud klimaat.
I am allergic to pollen. Ik ben allergisch voor stuifmeel.
I am an American citizen. Ik ben een Amerikaans staatsburger.
I am an Australian citizen. Ik ben een Australisch staatsburger.
I am an English teacher. Ik ben leerkracht engels.
I am annoying. Ik ben vervelend.
I am awaiting an agreement. Ik wacht op een overeenkomst.
I am back home. Ik ben terug thuis.
I am cold. Ik heb het koud.
I am completely dejected. Ik ben geheel terneergeslagen.
I am currently learning Esperanto. Tegenwoordig leer ik Esperanto.
I am diabetic. Ik heb diabetes.
I am divorced. Ik ben gescheiden.
I am from the Netherlands. Ik kom uit Nederland.
I am going to study. Ik ga studeren.
I am going to visit a friend. Ik ga een vriend bezoeken.
I am having an allergic reaction. Ik heb een allergische reactie.
I am here. Ik ben hier.
I am hungry. Ik heb honger.