Understand spoken Dutch

English-Dutch Dictionary - T

0 (1) 1 (23) 2 (4) 3 (7) 4 (8) 5 (6) 6 (4) 7 (6) 8 (4) A (1457) B (646) C (1064) D (732) E (464) F (599) G (356) H (898) I (1474) J (111) K (71) L (449) M (626) N (334) O (349) P (775) Q (29) R (465) S (1572) T (6278) U (137) V (119) W (923) X (4) Y (314) Z (14)
English Dutch Recording Learn
the months of May and June

de maanden mei en juni
The monument was erected in honor of the eminent philosopher.

Het monument is opgericht ter ere van de aanzienlijke filosoof.
the mood

de stemming
the mood

het humeur
the mood

de gemoederen
the moon

de maan
The moon is shining.

De maan schijnt.
The moon shines at night.

De maan schijnt ’s nachts.
The moon was above the horizon.

De maan stond boven de horizon.
the mop

de zwabber
the moped (Belgium)

de bromfiets
the moped (The Netherlands)

de snorfiets
The more one has, the more one desires.

Hoe meer men heeft, hoe meer men begeert.
The more you drink, the less you eat.

Hoe meer je drinkt, hoe minder je eet.
the morning (alternative form)

de morgen
the morning

de ochtend
the mosque

de moskee
the mosquito

de mug
the mosquitoes

de muggen
The most beautiful flowers bloom at the edge of the ravine.

Aan de rand van het ravijn bloeien de mooiste bloemen.
the most boring ever department

de allersaaiste afdeling
the most common user errors

de meest voorkomende gebruikersfouten
the most horrible creatures

de gruwelijkste schepsels
the most important

het voornaamste
the most valuable company in the world

het meest waardevolle bedrijf ter wereld
the mother

de moeder
The mother of the ducklings went to the canal with her entire family.

De moeder der eendjes ging met haar hele familie naar de gracht toe.
the motivation

de motivatie
the motive

de drijfveer
the mountain

de berg
the mountains

de bergen
the mourning

de rouw
the mouse

de muis
the moustache

de snor
the mouth

de mond
the mouth (of a river)

de monding