Graag gedaan.
Wie heeft dat gedaan?
Wat heeft Tom gedaan?
Ik heb dat niet gedaan.
Tom heeft het niet gedaan.
Waarom heeft Yanni dat gedaan?
Wat heb je vandaag gedaan?
Ben je daar geweest?
Ik ben er nooit geweest.
Waarom ben je niet met de bus gekomen?
Ben je erachter gekomen waar Tom woont?
Ik heb nooit iets belangrijk gedaan.
Hoe ben je erachter gekomen waar ik woon?
Hoe vaak ben je in Nederland geweest?
maar toch liep het er hoog mee, zoals het nog nooit ergens mee gedaan had
Ik ben aan zoiets gewend.
Zij is gewend laat op te blijven.
De hemel mag weten, wat er in het bed geweest is!
Yanni heeft een fout gemaakt.
Ik heb veel nieuwe vrienden gemaakt.