"the (neutral)" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the opposite	het tegenovergestelde
	the criminal record	het strafregister
	The heir gets the family house.	De erfgenaam krijgt het familiehuis.
	The commotion about the painting was huge.	De ophef over het schilderij was enorm.
	Is the glass half full or half empty?	Is het glas halfvol of halfleeg?
	They threw bread and barley into the water.	Ze gooiden brood en gerst in het water.
	Use the bellows for the fire.	Gebruik de blaasbalg voor het vuur.
	She complained because the food was cold.	Zij mopperde omdat het eten koud was.
	The thief groped in the dark for the safe.	De dief tastte in het donker naar de kluis.
	Germany is in the middle of Europe.	Duitsland ligt in het midden van Europa.
	Unfortunately the word of the day has melted.	Helaas is het woord van de dag gesmolten.
	the greenhouse effect	het broeikaseffect
	That bridge took nearly three years to build.	Het bouwen van deze brug duurde drie jaar.
	She took the pencil and started writing.	Ze nam het potlood en begon te schrijven.
	You can’t judge a book by its cover.	Je moet een boek niet op het omslag beoordelen.
	The judge approved the seizure of the building.	De rechter keurde het beslag op het pand goed.
	The committee approved the proposal.	De commissie keurde het voorstel goed.
	Is there a house specialty?	Is er een specialiteit van het huis?
	History is the teacher of life.	De geschiedenis is de lerares van het leven.
	Consternation followed the news.	Na het nieuws volgde ontsteltenis.