Pronouns Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	I speak English and Italian.	Ik spreek Engels en Italiaans.
	It’s merely a matter of time.	Het is louter een kwestie van tijd.
	Can I get insurance?	Kan ik verzekering krijgen?
	What are the different options?	Wat zijn de verschillende opties?
	My oldest son’s name is Tom.	De naam van mijn oudste zoon is Tom.
	I used to play the trombone.	Ik speelde vroeger de trombone.
	Let’s live life together!	Laten we het leven samen beleven!
	You can’t address me like that.	Je kunt me zo niet aanspreken.
	Have you already read the newspaper today?	Heb je vandaag de krant al gelezen?
	Who won the game?	Wie heeft de wedstrijd gewonnen?
	I was lost in the crowd.	Ik raakte verdwaald in de menigte.
	Yanni can stop whenever he wants.	Yanni kan stoppen wanneer hij wil.
	Even if it’s raining, I’ll go for a walk.	Zelfs als het regent, ga ik wandelen.
	We’ll contact him.	We zullen contact met hem opnemen.
	We have scheduled an emergency meeting.	Wij hebben spoedoverleg gepland.
	His son has a talent for music.	Zijn zoon heeft aanleg voor muziek.
	I was absolutely amazed.	Ik was helemaal verbijsterd.
	That was a feeble attempt at humour.	Dat was een flauwe poging tot humor.
	My canary loves fresh fruit.	Mijn kanarie houdt van vers fruit.
	I have tennis practice later.	Ik heb straks tennisles.