Understand spoken Dutch

"my" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
My best friend dances really well. Mijn beste vriendin danst goed.
My dad used to drive a Beetle. Vroeger reed mijn vader een Kever.
That was not my intention. Dat was niet mijn bedoeling.
I lost face. Ik heb al mijn aanzien verloren.
I can’t reveal my source. Ik kan mijn bron niet onthullen.
This dress meets my taste. Deze jurk voldoet aan mijn gading.
My humility makes me proud. Mijn nederigheid maakt me trots.
I clenched my fists in frustration. Ik balde mijn vuisten van frustratie.
I don’t want to be forced to turn on my webcam. Ik wil niet gedwongen worden om mijn webcam aan te zetten.
That was the high point of my day. Dat was het hoogtepunt van mijn dag.
I’m the champion of my province. Ik ben de kampioen van mijn provincie.
There is a knot in my shoelace. Er zit een knoop in mijn schoenveter.
I have lost my wallet. Ik heb mijn portefeuille verloren.
Can I charge my phone anywhere around here? Kan ik mijn telefoon hier ergens opladen?
My career has led me to many countries. Mijn loopbaan heeft me naar vele landen geleid.
My father’s hobby is growing roses. Mijn vader heeft als hobby het kweken van rozen.
I am writing to express my dissatisfaction. Ik schrijf om mijn ongenoegen te uiten.
I can’t get my headphones off my head. Ik krijg mijn koptelefoon niet van mijn hoofd.
My co-worker is a wolf in sheep's clothing. Mijn medewerker is een wolf in schapenvacht.
No, Mary isn’t my stepsister, she’s my half sister. Neen, Maria is niet mijn stiefzuster, zij is mijn halfzuster.