Het spat uit elkaar.
Het draaide zijn kop om, om hem onder de vleugels te steken; maar op hetzelfde ogenblik stond er een vreselijk grote hond dicht bij het eendje.
klinkt het stellig
Ik steek het in elkaar.
Vandaar vroeg ik het.
Het was een laffe poging.
Het ergerde mij zeer dat...
Het is een klaslokaal.
Het is niet zo opvallend.
wanneer ik het geprint had
Het geschiedt in de nacht.
het is wel vervelender
het klinkt aanlokkelijk
Het is voor herhaling vatbaar.
Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.
Het draaide zich als een tol in het water rond, strekte zijn kop hoog in de lucht naar de zwanen uit en gaf zulk een luide en zonderlinge schreeuw, dat het er zelf van schrikte
Zij streek weer een lucifertje tegen den muur af, het werd weer helder, en in den glans daarvan stond haar oude grootmoeder, helder en glinsterend, vriendelijk en liefderijk.
Het was allemaal een grote, zalige waas.
Het leek een fraai, in leer gebonden boek.
Tegen de avond bereikte het een kleine, armoedige boerenhut; deze was zo bouwvallig, dat zij zelf niet wist, naar welke kant zij zou vallen, en daarom bleef zij maar staan.