Ik wou gewoon mijn excuses aanbieden.
Ik ben louter naar de zee geweest.
Ik bewaarde de wikkel van mijn favoriete chocoladereep.
Zodra ik je zag, wist ik dat je ellende zou brengen.
Ik wist wel dat je zou komen.
Ik wist dat je het ging verprutsen.
Ik ken hem beter dan wie dan ook.
ik weet wel het is hun goeie recht
Ik ken mijn dochter beter dan wie dan ook.
Ik weet dat zij met veel toewijding God dienen.
Ik ken drie van de mensen in de foto.
Ik weet dat Tom een slager is.
Ik weet dat Tom een slechte chauffeur is.
Ik weet dat Tom loog.
Ik weet dat Tom zal proberen om dat te doen.
Ik weet wat ze gaan doen.
Ik heb het op school geleerd.
Ik laat de zaak aan uw oordeel over.
Ik liet het water uit de badkuip.
Arabisch bevalt me wel.